d'n Hadeejer april 2013

d’n HaDeejer | 21 Birgit Barten (19) “Ik vind het Koningshuis heel erg leuk. Het lijkt me ook gunstig voor ons land, dus het moet zeker niet worden afgeschaft. Ik denk dat de staatsbezoeken van koningin Beatrix gewaardeerd worden en dat die ook zeker bijdragen aan goede relaties met andere landen. Op Koninginnedag ga ik waarschijnlijk naar Eindhoven of Den Bosch. Ik wil wel een stukje van de kroning zien maar ga het niet helemaal kijken..” Jo Dortmans (74) “Ik ben een fan van het Koningshuis. We hangen ook altijd de vlag uit, als er iets te vieren is. Het is goed dat Willem Alexander nu koning wordt; de jeugd heeft de toekomst. Ik denk wel dat hij en Maxima er klaar voor zijn; ze hebben een goede voorbereiding gehad. De kroning gaan we helemaal kijken. Verder doen we niks bijzonders op Koninginnedag; dat is toch meer voor de jeugd. “ (Prinses Carnaval) Marianne van Berloo (34) met Jip (8) en Maud (6) “Ik vind het heel leuk dat we een Koningshuis hebben. Het is verbindend, net als carnaval. Mensen komen hun huis uit om samen iets te vieren. Ik zou het dan ook heel jammer vinden als het er niet meer zou zijn. Met een republiek is het toch allemaal heel anders. En volgens mij kost dat ook nog meer geld. Ik vind het vooral prachtig dat Maxima koningin wordt. Zij maakt met haar charme ons land nog een beetje leuker.” Waken Ans gaat één nacht per week van 23.00 uur tot 7.00 uur waken bij mensen, die thuis willen sterven. Ans: “Dit doen we om de mantelzorgers te ontlasten. Zo kunnen zij een keer goed slapen en even bijtanken. ’s Ochtends word ik weer afgelost door familie of een betaalde kracht.” “We moeten zelf inschatten wanneer het tijd is om de familie er bij te roepen of professionele zorgkrachten te raadplegen. Ik voel steeds beter aan wanneer iemands einde nadert. Gelukkig heb ik dit nog niet zo vaak meegemaakt. Wij hebben altijd een lijstje met nummers, die we in geval van nood kunnen bellen. Onze coördinator heeft dit van tevoren allemaal doorgesproken met de naaste familie.” Ans heeft geen verpleegkundige achtergrond en mag dan ook geen medische handelingen verrichten. “Ik geef alleen medicijnen, die van tevoren al klaargelegd zijn. ”De belangrijkste taak is ’er zijn’.” Wakker blijven “De jongste, waar ik bij waakte, was eind 40. Bij jongere mensen is er vaak nog heel veel familie omheen en worden wij niet zo snel ingezet. De familie wil er op het einde vaak wel graag bij zijn. Daar worden dan afspraken over gemaakt,” vertelt Ans. ”Wij zijn er niet om ouderen uit een verpleeg- of verzorgingstehuis te houden. Het gaat vaak ook over een tijdsbestek van maximaal drie weken en niet over een periode van enkele maanden. Als ik wat vaker bij iemand thuis kom, bouw ik wel een band met deze patiënt op. Is iemand niet meer aanspreekbaar door bijvoorbeeld morfine of slaappillen, dan ben ik er echt om te waken. Ik probeer meestal wakker te blijven door spelletjes op mijn tablet te spelen of wat te lezen. Ik slaap dan, voordat ik ga waken, thuis een paar uur en kruip de volgende ochtend weer onder de wol.” Ans is er ’s nachts om een oogje in het zeil te houden, mensen wat te laten drinken, te helpen met naar het toilet gaan of om de kussens even op te schudden. Patiënten kunnen ook wel eens niet slapen en willen een praatje maken. Ans zegt daarover: “Mensen vragen zich toch af wat er staat te gebeuren, wat doodgaan is. Als het eenmaal bijna zover is, is dat voor hen vaak een opluchting.” Voldoening “Ik haal hier veel voldoening uit,” vertelt Ans. “Het is fijn dat je de familie kan ontlasten in zo’n heftige tijd. Je bent van nut, als is het alleen maar vanwege je aanwezigheid.” Ans doet dit nu zo’ n drie-en-een-half jaar. Ze begon met een basiscursus van elf dagdelen. Per jaar zijn er twee landelijke bijscholingsdagen met overnachting en lekker eten. Eens in de twee maanden is er een bijeenkomst voor de pakweg 22 vrijwilligers in deze regio. Dan worden de inzetten besproken en wordt er van elkaar geleerd. Verder zijn er jaarlijks een aantal regionale bijscholingen van het palliatief netwerk Oss-Uden-Veghel. Elke dag na een inzet belt de coördinator van VPTZ met de vrijwilliger om te vragen hoe de nacht verlopen is. Dit geeft de coördinator de mogelijkheid om emotionele ondersteuning te bieden en het ziekteproces van de cliënt en zijn mantelzorger volgen. Ans glundert als ik vraag of ze ooit overwogen heeft om ermee te stoppen: “Of ik hiermee wil stoppen? Echt niet!” ‘Mensen vragen zich toch af wat er staat te gebeuren, wat doodgaan is’ Palliatieve terminale zorg is de zorg voor mensen voor wie geen genezende behandeling meer mogelijk is en die zich in de laatste drie tot zes maanden van hun leven bevinden. In deze fase biedende VPTZ-vrijwilligers ondersteuning, zodat deze laatste levensfase op een ‘zo goed mogelijke’ manier doorleefd kan worden. De vrijwilligers brengen rust en concrete hulp in de zorg die mantelzorgers zelf geven. Heeft u ook interesse in het VPTZ vrijwilligerswerk? In september start er weer een basiscursus. Voor nadere informatie kunt u mailen naar: info@svptz. nl of bellen met 06-12 114606. Lees meer op:www.vptz-uden-veghel.nl wat zegt dat jou?

RkJQdWJsaXNoZXIy MjU2Mzc=