d'n HaDeejer maart 2021

200 d’n HaDeejer - 35 Zijn er ook dingen die je lastig vindt aan het werk bij d’n HaDeejer? “Soms is het lastig dat er meer tijd in gaat zitten dan ik had bedacht. Met de redactie vergaderen we één keer in de twee weken. Daarnaast verdeel ik de opdrachten over de vormgevers en spring ik bij, als er niet genoeg vormgevers beschikbaar zijn.” Monique neemt ook de samenvoeging van de pagina’s en de eindcontrole voor haar rekening. “Ik vind het fijn om de regie in eigen hand te houden.” Hoe lang wil je nog doorgaan met je werk voor d’n HaDeejer? “Ik heb er wel eens over gedacht om te stoppen, omdat het best veel tijd kost. Maar ik haal er zoveel voldoening uit, ik blijf dit gewoon doen. In de afgelopen jaren zijn er wel wat mensen gestopt, bijvoorbeeld omdat ze gingen verhuizen. Dat is jammer, maar wel te begrijpen. Er zijn er ook die al heel lang meedraaien. Dat vind ik wel fijn. Die kun je gerust een groot interview geven; je weet dan dat het goed komt.” Wat zou je graag nog een keer zien/lezen in d’n HaDeejer? “Ik heb niet specifiek iemand in gedachten. Ik zou het wel leuk vinden, als bijvoorbeeld elk kwartaal een bekend persoon een gastcolumn zou schrijven. En ik vind het heel leuk om over jonge mensen te lezen. Voor de rest zeg ik: vooral zo door blijven gaan.” Ad van Schijndel Hoe ben je terecht gekomen bij d’n HaDeejer? “Ik ben destijds door Annemieke van der Aa en Harrie Mikkers gevraagd om in de redactie te komen. Het was iets nieuws; ik vond dat leuk en spannend. Ze kwamen bij mij, omdat ik altijd al schreef én leraar Nederlands was. Ze moesten iemand hebben die de teksten kon controleren. In het begin schreef ik zelf niet zoveel, later werd dat meer.” Welke ontwikkelingen heeft, volgens jou, d’n HaDeejer doorgemaakt? “Schrijftechnisch is het blad beter geworden: ik hoef tegenwoordig veel minder te corrigeren dan vroeger.” Verder zag Ad de vormgeving en de fotografie de afgelopen jaren steeds belangrijker worden. “En het blad is natuurlijk ook veel dikker geworden: we begonnen met 28 pagina’s, nu zijn dat er meestal 40.” De redactie onderging enkele wisselingen en is in de afgelopen jaren ook uitgebreid. “We begonnen met een man of vier, dat zou nu niet meer kunnen.” Wat is jouw taak? “Ik controleer als eerste alle teksten. Daarna gaan ze naar de hoofdredacteur en aan het einde wordt de proefdruk nog besproken door de volledige redactie. Naast het controleren schrijf ik ook bijna elke maand zelf een artikel. Exclusief de redactievergaderingen kost het werk voor d’n HaDeejer me ongeveer 10 uur in de maand.” Zijn er artikelen die je zijn bijgebleven? “De columns van Henk Habraken en van Toon Konings. Ik houd van dialect. Ook de Dorpspraat vind ik heel boeiend. Ik vind wel dat de vragen soms wat scherper gesteld mogen worden. Ik vind sowieso dat we soms wat kritischer mogen zijn; een beetje meer reuring en iets minder braaf.” Hoe lang wil je nog doorgaan met je werk voor d’n HaDeejer? “Zolang als ik het kan, blijf ik het doen. Het is nodig dat er iemand is die technisch kan corrigeren. Elke journalist heeft zijn eigen stijl, maar taaltechnisch moet het kloppen. Ik vind het wel belangrijk dat de geïnterviewde zijn eigen taalgebruik terugziet, want dat is uniek. Je hoeft er niet altijd hoog Nederlands van te maken.” Ad voelt zich nog steeds goed thuis in de redactie. “We hebben altijd flinke discussies in de vergadering, maar dat vind ik goed. We hebben een gevarieerde club, waarin jong en oud vertegenwoordigd zijn. Dat is mooi.” Redactielid Ad van Schijndel