d'n Hadeejer december 2013

Kerstverhaal Margriet Cobben Kerst 2050 Tim streek met zijn vinger langs de glinsterende vleugels. Het kraampje met Echte Waren stond in een achteraf hoekje. Verder was er op de hele kerstmarkt niets te koop dat je vast kon pakken, niets dat Echt was. Niets dat hij wilde. Tot hij de kerstengel zag. Ping! Jojo’s oproep in zijn oor liet hem schrikken en hij grabbelde naar zijn scherm. Net op tijd draaide hij zich om, zodat zijn vriend niet zou zien waar hij was. Met een klik verscheen Jojo, glimmend in zijn iSuit3.0. ‘Ik zocht je, man. Waarom ben je nog niet ingelogd?’ Tim haalde zijn schouders op. ‘Ik moest bij opa langs.’ Maar opa wilde niemand zien en om moeders gezeur te ontlopen was hij bij de kerstmarkt naar binnen gestapt. Naast Jojo klikte Saba in beeld. ‘Kom op Tim. Er is een vet nieuw level uit,’ riep hij. Zijn linkeroog flitste achter de iGlass, blijkbaar was hij al begonnen. ‘Over vijf minuten in de grot, schiet je op?’ Jojo verbrak de verbinding zonder op antwoord te wachten. Snel, voor hij zich zou bedenken, draaide Tim zich om. ‘Hoeveel voor de engel?’ vroeg hij aan de vrouw achter het kraampje. ‘Twee credits,’ zei ze. ‘Hij is nog van mijn grootvader geweest. Maar ja, niemand heeft meer een echte kerstboom om hem in te hangen.’ Ze zette een plastic doos neer. ‘Er zitten wat ballen en haakjes bij, je mag het allemaal hebben.’ Met de doos onder zijn jas haastte Tim zich naar huis, zijn hoofd gebogen, zodat niemand zag dat hij iets Echts had gekocht. Toen hij aan het eind van de middag uitlogde was hij zevenentwintig keer gestorven, stonk zijn pak naar het zweet en had hij Jojo en Saba verpletterend verslagen. Misschien was het maar goed dat hij geen iSuit had. Het voelde nu al echt genoeg, Jojo en Saba zouden wel hoofdpijn hebben van alle klappen die hij ze verkocht had. Met een diepe zucht zette hij de fresher. Alleen in het spel kon hij vergeten dat het morgen kerstmis was. Kerstmis 2050. De eerste zonder oma. Zacht blies hij tegen de engel die hij aan de lamp had gehangen. ‘Je loopt door de kerstboom!’ Lili, Tims kleine zusje, keek hem boos aan. Blijkbaar had moeder de nieuwe boom alvast aangezet voor het kerstdiner. Van de andere kant zag Tim hem nu ook, een sprookjesboek-geval met wiegende klokjes en parelmoeren glans. Hij huiverde en ging met zijn hand door de projectie. De ballen wiegden onverstoorbaar verder. ‘Pech gehad,’ mompelde hij. Opa zat al aan tafel, een borreltje voor zijn neus. Zijn waterige oogjes priemden boos de wereld in, sinds oma twee maanden geleden was overleden had hij niet meer gelachen. Hij nam het iedereen kwalijk, maar wie kon er iets aan doen? Oma had zelf de iDrive uitgezet. Ze kon maar niet wennen aan de automatische piloot. Liever deed ze het zelf. Dus was ze zelf tegen die boom aangereden. Mama stond aan het aanrecht en flitste het eten. ‘Nog even roeren,’ riep ze naar achter. ‘Vader komt er al aan.’ Lili schopte tegen de tafel en de projecties van takken en kaarsen op tafel flikkerden aan en uit. Opa sloeg zijn borrel in één slok achterover en schonk een nieuwe in. Tims maag trok samen bij de geur van de geflitste kalkoen. Die maakte oma altijd zelf. Uren stond ze ervoor in de keuken. En nu was mam in vijf minuten klaar. Met een ruk draaide hij zich om, rende de trap op, naar zijn kamer, griste de doos van tafel en haalde de engel van het plafond. Terug in de keuken trapte hij op het grondblokje, de boom knipperde en verdween. Kapot. Lili begon te krijsen, maar hij keek niet op of om. Aan het plafond hingen de drie haakjes die oma vroeger gebruikte als er iemand jarig was. ‘Zonder echte slinger geen echte verjaardag,’ zei ze altijd. Voorzichtig hing hij de engel op. In de doos zaten een paar zilveren balletjes, bedekt met sneeuwvlokjes. Ook die hing hij op. Daarna tilde hij Lili met een zwaai uit de stoel. Van schrik hield ze op met krijsen. Met zijn zusje in zijn armen liep hij naar de engel en blies tegen de vleugels. Glinsterend ving ze het licht en kaatste het door de ruimte. Flintertjes licht dansten over de muren. ‘Geen echte kerstmis zonder echte engel,’ zei hij, luid en duidelijk, zodat opa het zou verstaan. Achter hem schraapte opa zijn keel en zenuwachtig keek hij om. d’n HaDeejer | 11 fotografie Arlette van Eck

RkJQdWJsaXNoZXIy MjU2Mzc=