d'n Hadeejer mei 2006

Nienke Bekkers (22) en Vanessa van de Burgt (26) Wij gaan de wedstrijden van Nederland bekijken in het café. Wij hopen daarom ook dat Nederland heel ver gaat komen, zodat wij vaker een reden hebben om naar de kroeg te gaan. Een oranje tuinbroek doen we aan en wij juichen steevast bij ieder doelpunt. Maakt ons niet eens uit voor wie het is. Pep Swelheim (42) Ik zal er nog niet één minuut bij stilstaan. De laatste voetbalwedstrijd die ik gezien heb was Nederland – Duitsland in 1988. Ik kijk sowieso geen sport op televisie. Nee hoor, het wk zal geheel aan mij voorbijgaan. Lijkt me wel erg leuk om tijdens een wedstrijd motor te gaan rijden. Dan is het lekker rustig op straat. Gerard Oskam (34) Tijdens de eerste wedstrijd van het Nederlands elftal ga ik feesten. Dan ben ik namelijk jarig. Voor de rest heb ik totaal niets met voetbal, dus ik ga het wk ook niet volgen. Als er bij ons iemand toevallig naar een wedstrijd zit te kijken, dan kijk ik wel mee. Maar dat is dan ook echt alles. TK het wk beleven? 23 de melkfabriek. Deze Marinus, die ‘doorgeleerd’ had op het seminarie, maar gaandeweg bemerkte dat een roeping niet aan hem besteed was, was tevens voorzitter van de Boerenleenbank. Toentertijd geen ongewone zaak en ‘belangenverstrengeling’ was nog geen algemene term. De eerste directeur van de boterfabriek was Bart (Lambertus) Dirkx, die deze functie maar liefst veertig jaar bek leedde. In augustus 1959 kreeg hij hiervoor een gouden medaille. Zijn zoon Antoon nam zijn directeursstoel in latere jaren over. Volgens Johan van Zutphen, in de jaren zestig van de twintigste eeuw voorzitter van de boterfabriek, was Bart Dirkx zeer gewiekst in het handelen in boterzuurbacteriën met andere melkfabrieken. Deze bacteriën waren essentieel voor het bereiden van ‘goei’ boter. De eerste medewerkers in de fabriek waren onder meer Hannes Kuijpers, Jan Mikkers en Marinus Sanders. Om te onderzoeken of de melk aan de kwaliteitseisen voldeed, bezocht een controleur van de fok- en controlevereniging om de drie weken de boeren om vervolgens hun melkmonsters in het laboratorium op vetgehalte te toetsen. Johan en Cor De nog immer kwieke 88-jarige Johan van Zutphen kent nog menig verhaal. Zo weet hij te vertellen dat de armlastige Megense Franciscanerbroeders regelmatig de boeren in het dorp afgingen om van hen een schriftelijke toezegging voor boter te verkrijgen die daarna bij de boterfabriek ingewisseld werden tegen boter of geld. De eveneens nog zeer actieve 85-jarige Cor van der Cammen werkte van 1964 tot 1973 als assistent-directeur op de melkfabriek, naderhand werd hij ingezet als melkwinningsadviseur in de buitendienst. Hij gaf hierbij boeren voorlichting op menig terrein, zo ook op hygiënisch gebied. En terecht, want het gebeurde nogal eens dat de aangeleverde melkbussen aan de binnenkant een vieze aanslag vertoonden. Door het centrifugeren in de fabriek kon de melk wel gezuiverd worden, maar de welig tierende bacillen erin bleven rustig rondzwemmen. Vanzelfsprekend werden de boeren hierop aangesproken en soms werd er zelfs gekort op de melkprijs. In de oorlog werd er naast boter ook yoghurt geproduceerd, in later jaren kwam daar nog slagroom en chocolade- en vanillevla bij. De naam ‘Onder Gods Zegen’ verviel toen er in 1973 gefuseerd werd met de Roermondse ‘Maasvallei’.Tot die tijd was de figuur van de dagelijks huis-aan-huis ventende melkboer een vertrouwd verschijnsel. Met zijn kar en litermaat verkocht hij karnemelk en volle melk, hoewel bij de volle melk wel werd aangeraden deze voor het gebruik te laten doorkoken. In 1976 nam het megabedrijf Campina naast andere zuivelfabriekjes ook het Heeswijkse zuivelbedrijf over waarmee tevens de afbraak van de melkfabriek in gang werd gezet.Wat rest is slechts de herinnering en een paar oude foto’s… RM In het midden van deze foto boterfabriek ‘Onder Gods Zegen’. Rechts ervan het huis van directeur Bart Dirkx, links het huis van Hannes Kuijpers. De overkant van de straat is zelfs nog onbebouwd...

RkJQdWJsaXNoZXIy MjU2Mzc=