d'n Hadeejer maart 2005

Nabestaanden oorlogsslachtoffers: ‘We zijn een hechte familie geworden’ Over Hein van de Middegaal “Wij woonden aan de Kaathovense- dijk, dat witte, dubbele woon- huis net over het bruggetjeentegen de bosrand. In de tuin was een aar- den wal, waar een dubbele schuilkel- der was gemaakt van palen en jute zandzakken. Op die bewuste dag, 29 sept.1944, regendehetprojec- tielen.Wijgingendeschuilkelderin,samenmetmensendieuithet dorpkwamenenmetwat Engelsesoldaten, dieeenuitkijkpost in de bossen hadden. Aan de andere kant van de wand zaten onze buren met Duitse soldaten. Onze vader dacht dat hij nog een dochter miste en ging naar buiten. Wij hoorden een gil en ons moeder en oudste zus gingen kijken. Zij zagen dat ons vader was getroffen door granaatscherven. Een arm en been waren afgerukt enzijnkaakwas verbrijzeld. Dr.Lebeauwerdgehaalden ook de kapelaan en een broeder van de abdij. Met een Engelse Rode Kruiswagen werd onze vader naar het Veghels ziekenhuis vervoerd, waar hij later die dag overleed. Wij verbleven enkele weken indeabdij en toenwe terugkwamenwas ons huis groten- deels leeggeroofd.Dat al onsvadersgereedschapwegwas, deed ons erg zeer.We hebben helemoeilijke jaren gehad en in het be- gin waren we best wel bang. Ons moeder bleef met 4 dochters achter in de leeftijd van 3 tot 12 jaar. Op 4 mei gaan we zeker naar de onthulling van de gedenkmuur bij het Airborne-monument en zullen dan uiteraard aan ons pap denken . . . ” Over Jan van Zutphen “Onze boerde- rij stond aan de Dorpsstraat 90, maar de laatste weken sliepen wij, behalve onze va- der, inde schuilkel- der vandeBeugtse Barrier. Het was daar veiliger dan in het dorp. Op die zaterdag, 21 oktober 1944, wa- ren wij al met een paarkindereninde tobbe geweest en naar Beugt gebracht. Ermoestennog ’npaar kinderengewassen worden en dan zou ons moeder met hen meekomen. Omdat er granaten vielen, trokken ze zich in eerste instantie terug in de schuilkelder. Maar omdat ons vader het daar niet zo veilig vond, gingen ze naar de stal. Van de laatste granaat die er viel, kwam een scherf door het raam, recht in ons vaders hart. Hij was vrij snel gestorven. Pater Veerman, die in het zusterklooster was, diende nog de laatste sacramenten toe. Hoe wij het op Beugt te horen kregenweet ik nietmeer. Ook van de begrafenis kan ikme niets meer herinneren. Ons moeder bleef met 8 kinderen ach- ter in de leeftijd van 5 tot 16 jaar, 3 jongens en 5 meisjes. Onze vader heeft veel Dintherse mensen met de hoogkar en erdkar naar veiligere plekken gebracht. Ook heeft hij vele onderduikers op de boerderij gehad. We hebben veel meegemaakt tijdens de oorlog en de schrik zit er altijd nog een beetje in. Op de televisie zal ik niet naar films met geweld kijken. Ik heb ook nooit op tv. dedodenherdenkinggevolgd,zelfsniethierbijhetAirborne-mo- nument. Nu op 4mei zal ik er wel naar toe gaan. Ik ben namelijk blij dat er iets gedaanwordt aanmensendie het slachtoffer zijngeworden van de oorlog.” Stel je eens voor: je bent een kind, of nog maar een peu- ter en je leeft in een ellendige oorlogstijd. Nog erger: je vader wordt dodelijk getroffen, terwijl de bevrijding hier en daar al in gang was gezet. Dat doet extra zeer. Riet, Betsie en Thea van de Middegaal uit Heeswijk en Bets van Zutphen uit Dinther weten er alles van. Zij verloren hun vader, respectievelijk Hein van de Middegaal en Jan van Zutphen, in die moeilijke periode, ruim zestig jaar geleden. In deze HaDeejer doen de dochters van Hein en Jan hun verhaal. HeinvandeMiddegaalenJanvanZutphenzijntweenamendieookinhetboektevindenzijnoverburgerslachtofferstijdensdeTweede Wereldoorlog inHDL. Dat verschijnt eind april. Op4mei zal er bij het Airborne-monument eengedenkmuur onthuldwordenmet een plaquette met daarop alle namen van burgerslachtoffers in Heeswijk, Dinther en Loosbroek. JvdM 5

RkJQdWJsaXNoZXIy MjU2Mzc=