d'n Hadeejer oktober 2023

d’n HaDeejer - 17 Melkdiploma Marinus van de Ven en Maria van Kessel (in die tijd beter bekend als ‘Marie Wijnen’) kregen zeven kinderen. Naast Albert als oudste, Jos, Wim, Martien, An, Piet en Harry. Woonden ‘Op d’n Dries’, de tegenwoordige Hoendersteeg. Gevoetbald werd er: de jongens van Van de Ven voetbalden allemaal bij Avesteyn. Piet: “Onze Albert werd gevreesd voor zijn harde schot. Hij had zijn speelkameraadjes in de buurt, speelde met Harrie Meurs en Grad en Jan Wijnen. Na de lagere school wilde hij naar het gymnasium, maar vader was ziek, had een open been infectie. Moest hij mee op de boerderij helpen en twee jaar wachten tot onze Jos van school was.” Dan kiest hij voor de Landbouwschool, waarvan hij later met trots zou zeggen: ’Ik ben de eerste abt met een melkdiploma op zak’. Enkele jaren later stopt hij met deze opleiding en schrijft zich als zestienjarige in 1946 als externe leerling in op het Gymnasium St. Norbertus. Met een aantal externen uit de buurt krijgen ze van de internen de titel ‘Boerenbond’. Piet: “Ook daar voetbalde hij, het ‘gym’ had een echt sterk voetbalteam. En speelde toneel, daar had hij echt plezier in.” In 1952 treedt Albert in bij de abdij. Hij kiest dan Marcel als kloosternaam. Een van zijn ludieke uitspraken was: ’Ik ben in Dinther geboren, maar in Heeswijk ‘getoogd’. In 1951 is zijn jongere broer Martien reeds in de abdij. Deze krijgt als kloosternaam Antonius, wordt aangesproken als Toon. Toon gaat later naar de norbertijnen priorij De Essenburgh te Hierden en maakt daar ‘furore’ als voetbaltrainer. Een trapveldje is naar hem vernoemd. In 1958 wordt Albert tot priester gewijd. Harry: “Zijn eerste Heilige Mis was in de Dintherse kerk. Het gilde, de harmonie, bruidjes: het was nog een hele happening in die tijd. Christ Manders had op het kerkplein van zaagmeel met verschillende kleuren een tapijt gemaakt.” In 1968 wordt hij tot abt gekozen, in 1982 tot abt-generaal, waarna hij zich vestigt in Rome. Bourgondisch Techniek en autorijden was wel een puntje van aandacht bij Marcel. Harry: “Hij was geheel niet technisch, een fietszadel hoger of lager zetten, een band plakken: niets voor onze Bart. Als hij op de abdij iets moest maken, zei hij: ‘Ja, dat kan ik wel, maar hier leggen ze het gereedschap altijd verkeerd weg’.“ Piet: “Autorijden was ook niet echt zijn ding. Zat met schrik bij hem in de auto. Reden we door Rome, met van die grote pleinen. Allemaal Fiatjes die ‘hèrs en dwèrs’ al claxonnerend door elkaar rijden. Wat doet hij? Draait zijn raam open en roept op zijn Dinthers: ‘Kom mar is nor Dinther, doar witten gullie de weg ok nie’.” Harry: “Op tijd komen was ook moeilijk. Hij moest eens op zaterdagavond om zeven uur de mis doen in Dinther. Komt hij klokslag zeven uur binnen. Hij kwam van Oostenrijk. Zijn reactie? ‘Zulde alted zien, is net de Laverdonk afgesloten.’ Hij had een echte talenknobbel. Latijn, Frans, Duits, Engels en Italiaans. Maar het best sprak hij het Dinthers. Kon ook omgaan met alle lagen van de bevolking. En hielp waar hij kon. In een van de Oostbloklanden was er een vrouw die met haar hond de grens over wilde. Ze mocht haar hond niet meenemen. Heeft hij die hond voor haar de grens overgesmokkeld. Typisch onze Albert. Hij eiste veel van zichzelf, door de suikerziekte, het vele reizen en zijn bourgondische levensstijl pleegde hij wel roofbouw op zijn lichaam.” In 1996 keert Marcel van de Ven dan ook om gezondheidsredenen terug in de Abdij van Berne. Hij overlijdt op 30 maart 2000 op 69-jarige leeftijd. Abt Van de Ven bij zijn straat Achterste rij v.l.n.r.: Jos, Wim, Martien, Bart (de latere abt) en An Voorste rij v.l.n.r.: Marinus (vader), Piet, Maria (moeder) en Harry ‘Ja, dat kan ik wel, maar hier leggen ze het gereedschap altijd verkeerd weg’ Harry en Piet van de Ven

RkJQdWJsaXNoZXIy MjU2Mzc=