d'n Hadeejer augustus 2009

De Q-koorts: geen reden tot bezorgdheid, wel voor oplettendheid ‘Het is bij Q-koorts net als bij de gewone griep’ Voor 2007 was het aantal besmettingen in Nederland heel beperkt, minder dan 15 per jaar. Maar in 2007 en 2008 is dit opgelopen tot resp. 196 en 906 gevallen. Begin juni 2009 waren er al 1.113 gevallen gerapporteerd. In 2009 verwacht men zeker een verdubbeling tot minstens 2.000 gevallen. De voornaamste regio’s zijn Noord-Brabant-Oost (Oost-Brabant is minder verwarrend) en het zuiden van Gelderland. Zijn er redenen tot grote bezorgdheid? Aan de hand van negen vragen proberen we antwoord te geven. 1 Waardoor kunt u Q-koorts oplopen? Bij Q-koorts wordt vaak meteen gedacht aan geiten. Dat komt omdat de meeste bacteriën die de Q-koorts veroorzaken in de urine, mest, weefsel van de placenta en het vruchtwater van dieren zitten. Geiten (en ook schapen) lammeren in korte tijd. Dit in tegenstelling tot koeien, die het hele jaar door kalfjes krijgen. Daardoor kan er in die korte tijd een “explosie” van bacteriën optreden. Een tweede reden is dat geiten gehouden worden op een relatief droge ondergrond. De bacteriën overleven gemakkelijker in een droge omgeving, dan in een natte. Maar geiten zijn dus zeker niet de enige verspreiders. Ook andere dieren zoals runderen, honden, katten, teken, konijnen, duiven en andere vogels kunnen besmet zijn. De bacterie kan maanden, zelfs jaren, overleven in stof en zand. Door verwaaiing kan de bacterie terecht komen in het fijnstof, dat door de mens wordt ingeademd. Daardoor ontstaat de ziekte. Ook het eten en drinken van rauwmelkse producten, dus ongekookt en onbewerkt, kan besmetting veroorzaken. 2 Wat is de incubatietijd en wanneer is het verstandig de huisarts te raadplegen? Als u besmet bent geraakt, duurt het twee tot drie weken voor er verschijnselen zijn. Belangrijk is het te weten dat de besmetting niet van mens tot mens kan overgaan. Dus een persoon die door de Q-koorts is besmet, kan niet zijn familie of omgeving ermee besmetten. De klachten zijn volgens de huisartsen heel divers. Opvallend zijn (langdurige) hoest, vermoeidheid en diarree. Meestal komen de mensen hiermee wel bij de huisarts terecht, omdat ze te lang last houden. Ook al zijn ze wat later, dan is de Q-koorts toch redelijk goed te behandelen. 3 Hoe weet u of u het hebt? Meestal merk je er weinig van als je besmet bent. Vaak ervaart men dezelfde verschijnselen als bij een mild griepje. Dan is men vaak ook vanzelf weer genezen na één of twee weken. Maar als het ernstiger is, begint de ziekte meestal met een heftige hoofdpijn en hoge koorts. Andere mogelijke symptomen zijn koude rillingen, spierpijn, zweten, verminderde eetlust, misselijkheid, braken, diarree en een relatief lage hartslag. Als de huisarts een vermoeden heeft van besmetting met Q-koorts, kan de ziekte kan door middel van een bloedproef worden vastgesteld. 4 Hoe kunt u weten of uw dieren het hebben? De veehouders zijn over het algemeen wel alert op de Q-koorts. Maar er lopen in Heeswijk-Dinther ook heel wat hobbygeiten en – schapen rond. Meestal verloopt de infectie bij dieren zonder De plaatselijke politieke partij ABB heeft onlangs vragen gesteld aan B&W en gevraagd om enkele maatregelen in verband met de Q-koorts. Zij pleitten voor een plaatselijke groep experts op dit gebied, voor betere communicatie naar de bewoners en voor waarschuwingsborden bij de plaatsen, die meer gevaar voor besmetting opleveren dan normaal. Is die oproep terecht? Tekst: Bart van Schijndel Foto’s: Jacques Worms Geitenhouder Edwin van der Pas ‘Het is belangrijk te weten dat de besmetting niet van mens tot mens kan overgaan’ Lees verder op pagina 11. 9 | augustus 2009

RkJQdWJsaXNoZXIy MjU2Mzc=